oliebollen

Zo maakt u een 17e-eeuwse oliebol

Oliebollen worden al sinds jaar en dag gegeten. In de 17e eeuw wordt de lekkernij nog een ‘oliekoeck’ genoemd. In het kookboek ‘De Verstandige kock, of Sorfhvuldige huyshoudster’ uit 1667 vindt tijdschrift Quest een recept voor deze zogenaamde ‘oliekoecken’. Waarin verschilt de ‘oliekoeck’ van de hedendaagse oliebol?

Veel kruiden en rozijnen

Als u het recept van de ‘oliekoeck’ naast dat van de oliebollen legt, valt op dat er een stuk meer kruiden en rozijnen in de 17e-eeuwse oliebol zitten. Zo wordt er bijvoorbeeld kaneel, gemberpoeder, kruidnagel en zelfs amandelen in het recept gebruikt.  Ook gaan er qua gewicht bijna net zoveel rozijnen als bloem in het deeg.

Het originele recept uit 1667

  • 850 gram tarwebloem
  • 1 eetlepel zout
  • 3 eieren
  • 1 theelepel suiker
  • circa 0,65 liter melk
  • 50 gram gesmolten boter
  • 60 gram verse gist
  • 800 gram rozijnen
  • 1 á 2 goudrenetten
  • 125 gram amandelen
  • 1 eetlepel kaneelpoeder
  • 1 theelepel gemberpoeder
  • 1 theelepel gemalen kruidnagel
  • 1,5 liter frituurolie of ossenwit

Geen frituurpan

Een ander groot verschil is dat er in de 17e-eeuw natuurlijk nog geen frituurpannen bestaan. Daarom worden de ‘oliekoecken’ in een ijzeren kookpan gebakken. Wilt u ook ouderwetse oliebollen maken? Dan kan dat tegenwoordig natuurlijk wel in een frituurpan.

Zelf ‘oliekoecken’ bakken

De bereiding van de ‘oliekoecken’ gaat als volgt:

Meng de bloem, het zout, de eieren, de gesmolten boter en de gist met lauwwarme melk en voeg vervolgens de specerijen toe. Blijf roeren tot het beslag dik en kleverig is, het moet aan de lepel blijven hangen.

Week de rozijnen in warm water, laat ze uitlekken en droog ze op een doek. De amandelen moeten in water aan de kook worden gebracht, gepeld en gedroogd, om ze vervolgens fijn te stampen. De rozijnen en fijngestampte amandelen zijn samen met gesnipperde appels de vulling van de ‘oliekoecken’. Roer deze vulling door het beslag en laat het geheel ongeveer 1 uur rijzen op een warme plek.

Als het beslag is gerezen vult u een pan met een laagje olie of ossenwit. Verhit de pan tot het vet dampt. U kunt natuurlijk ook een frituurpan gebruiken.

De ‘oliekoecken’ kunt u, net zoals een hedendaagse oliebol, rond maken met 2 vetgemaakte lepels. De bollen moeten ongeveer 5 minuten in de olie gaar en goudbruin bakken en na 3 minuten keert u ze.

oliebollen

‘Oliekoecken’ lijken qua uiterlijk op gewone oliebollen.

Opeten

De ‘oliekoecken’ worden net zoals oliebollen met wat poedersuiker gegeten, maar ook zonder is deze ouderwetse lekkernij heerlijk, mede door alle kruiden die er in zitten. ‘Oliekoecken’ zijn warm het lekkerst, maar ook koud prima te eten.

Gemakkelijk te bereiden?

De ‘oliekoeck’ is weer eens wat anders dan de standaard oliebol, ook qua baktijd hoeft u de ‘oliekoeck’ niet over te slaan. U bent ongeveer even lang bezig met het bakken van ‘oliekoecken’ als met het bakken van gewone oliebollen.

Waar gaat uw voorkeur naar uit? De ‘oliekoeck’ uit de 17e eeuw of de oliebol die wij vandaag de dag kennen?

(Bron: Quest.nl, Eetverleden.nl, ANP)

Geef een reactie