Flammkuchen

Flammkuchen

Een flammkuchen is lekker bij de borrel, maar met een topping ook lekker als lunch. Welke topping u erop doet, is aan u. Robèrt koos voor rode ui, geraspte kaas, groene asperges, cherrytomaatjes, serranoham en kervel.

Ingrediënten (voor 1 grote flammkuchen):

  • 250 gram bloem
  • 2,5 gram verse gist
  • 5 gram zout
  • 150-170 gram water
  • 25 gram olijfolie
  • 100 gram kruidenkaas naar keuze
  • toppings naar keuze

Bereidingswijze:

Verwarm de oven voor op 250 graden (of zo heet mogelijk) en leg er een pizzasteen in.

Doe de bloem, zout en gist in een kom. Schenk bijna al het water erbij en kneed of mix in de keukenmachine. Voeg vervolgens druppelsgewijs de olie toe. Mix tot je een vlies kunt trekken van het deeg. Voeg indien nodig nog het laatste scheutje water toe. Bol het deeg op en laat circa 1 uur op een warme plek rijzen onder een deegkleedje.

Bebloem het werkblad met bloem of rijstemeel. Rol het deeg rechthoekig uit op circa 3 mm. Leg het op bakpapier. Vouw de randjes om. Besmeer met roomkaas – niet te dik – en beleg met rode ui, geraspte kaas en groene asperges (of toppings naar keuze). Breng op smaak met zeezout. Bak de flammkuchen in circa 8 minuten gaar en knapperig. De precieze baktijd is onder andere afhankelijk van de oventemperatuur en de dikte van de roomkaas laag.

Maak af met toppings die niet meegebakken hoeven te worden, zoals cherrytomaatjes, serranoham en kervel.

Geniet ervan!

Geef een reactie