bevriezing pensioenleeftijd

‘De pensioenleeftijd bevriezen is op de lange termijn een hele dure maatregel’

Politieagenten, NS-medewerkers, defensie- en ambulancepersoneel en brandweerlieden willen op hun 66e stoppen met werken. Als het aan de bonden ligt wordt de AOW-leeftijd voor deze beroepsgroepen bevroren op 66 jaar. Maar is dat realistisch? Volgens het Centraal Planbureau (CPB) is het bevriezen van de pensioenleeftijd een kostbare maatregel. 

Dure maatregel

Op dit moment ontvangen Nederlanders gemiddeld 20 jaar pensioen. De premies kosten jaarlijks 40 miljard euro. De AOW-leeftijd is sinds 1 januari 2019, 66 jaar en 4 maanden. Na 1 september 2019 is de pensioenleeftijd 66 jaar en 8 maanden.  “De pensioenleeftijd bevriezen op 66 jaar is op de lange termijn een hele dure maatregel”, zegt Marcel Lever van het CPB tegen de NOS. Volgens het planbureau is bij een ongewijzigd beleid de AOW-leeftijd in 2060 71 jaar. Wanneer die stijging niet wordt doorgevoerd, komt er 5 jaar aan pensioenkosten bij. Die kosten moeten door de overheid, werkgevers en werknemers betaald worden. Tot 2060 zou dat bedrag bij een bevriezing van de AOW-leeftijd oplopen met zo’n 10 miljard euro per jaar.

Afhankelijk van levensverwachting

Het huidige kabinet wil de pensioenleeftijd niet bevriezen. Ze staan wel open om de AOW-leeftijd minder hard mee te laten stijgen met de levensverwachting. Als de pensioenleeftijd volgens plan oploopt, dan stijgt hij in 2020 naar 66 jaar en 8 maanden en in 2021 naar 67 jaar. In 2022 komen daar nog 3 maanden bij. Zoals het er nu naar uitziet blijft hij in 2023 en 2024 gelijk aan 2022. De levensverwachting stijgt dan wel iets, maar niet genoeg op de pensioenleeftijd daarop aan te passen. Of de pensioenleeftijd daarna verder stijgt, hangt af van hoe de levensverwachting zich ontwikkelt. Een eventuele verhoging wordt door de overheid 5 jaar van te voren aangekondigd.

Kosten lopen op

Pensioenpremies kosten nu ongeveer 40 miljard per jaar. Bij een bevriezing van de AOW-leeftijd loopt dat bedrag op met zo’n 10 miljard euro per jaar. Naast de extra kosten door meer AOW-uitgaven, loopt de overheid belastinginkomsten mis als gevolg van de vergrijzing. Bij elkaar opgeteld kunnen die kosten oplopen van 2 miljard in 2021 tot 12 miljard in 2060. “Alle kosten, van de overheid, werknemers en werkgevers, bij elkaar opgeteld kost een bevriezing ons in 2060 jaarlijks 22 miljard euro extra”, aldus het CPB.

(Bron: NOS/Rijksoverheid)

Geef een reactie

Reactie

    oosterwijck says:

    Een tussenoplossing is, om de pensioenleeftijd te koppelen aan de gezondheid van de werknemer. Waarmee ik bedoel: dat een werknemer met gezondheidsproblemen, met pensioen kan gaan. Dat zal niet veel geld kosten, omdat in de bestaande situatie nu, een oudere werknemer in de ziektewet komt, afgekeurd wordt en ook thuis zit, met een WAO uitkering. Eigenlijk is mijn voorstel een maatregel, die nu al (vele jaren lang) bij hogere ambtenaren toegepast wordt. Hogere ambtenaren, komen bij ziekte niet in de WAO maar gaan met vervroegd pensioen (gezondheidsverlof). Een ander woord voor gepensioneerd.