Spaanse griep

De Spaanse griep heeft meer slachtoffers veroorzaakt dan de Eerste Wereldoorlog

Nog tijdens de Eerste Wereldoorlog in 1918 breekt een pandemie uit die meer slachtoffers maakt dan de oorlog zelf, de Spaanse griep. Het virus verspreidt zich eerst onder soldaten en bereikt daarna vrijwel elk continent op aarde. Tussen de 50 en 100 miljoen mensen overlijden wereldwijd als gevolg van de Spaanse griep.

Op 4 maart 1918 meldt de Amerikaanse soldaat Albert Gitchell zich in het ziekenhuis in Camp Funston in Fort Riley, Kansas in de Verenigde Staten. Hij heeft verkoudheidssymptomen zoals een zere keel, koorts en hoofdpijn. Na Gitchell melden zich andere soldaten met soortgelijke klachten. Het gaat hier om de 1e meldingen van wat later de Spaanse griep is gaan heten.

Deze soldaten worden opgeleid om te gaan vechten in Europa als gevolg van de Eerste Wereldoorlog. Door grootschalige troepentransporten nemen de soldaten het virus mee naar Europa. In maart gaan namelijk 84.000 Amerikaanse soldaten naar Europa, in april gevolgd door nog eens 118.000. De soldaten zijn dicht op elkaar gepakt in de barrakken en de loopgraven, waardoor het virus zich makkelijk kan verspreiden. Bij thuiskomst van de soldaten verspreidt het zich ook onder de burgers. Aanvankelijk lijkt het nog op een gewone griep, dus niet al te ernstig. Dat verandert in augustus 1918, als bovenop die griepverschijnselen nog eens een longontsteking komt. Daarna zaait het virus over de hele wereld dood en verderf: de epidemie wordt een pandemie.

Accepteer de cookies om dit element te weergeven.

Symptomen en verspreiding

Aanvankelijk hebben de patiënten nog milde klachten, maar die kunnen snel omslaan naar levensbedreigende symptomen. Slachtoffers krijgen donkere vlekken in het gezicht en ontwikkelen cyanose, oftewel blauwzucht, waardoor de huid blauw kleurt. Ook vallen haren en tanden soms uit, worden handen en voeten zwart en krijgen ze hoge koorts. Ze hebben moeite met ademhalen en ontwikkelen een longontsteking. Mensen verdrinken in hun eigen bloed en vocht dat zich ophoopt in de longen. Miljoenen mensen bezwijken als gevolg hiervan. Opvallend aan de Spaanse griep is dat ook, naast jonge kinderen en ouderen, gezonde volwassenen van tussen de 20 en de 40 jaar oud de ziekte relatief vaak krijgen en eraan overlijden.

Het virus verspreidt zich naar het midden en het westen van de Verenigde Staten en naar de oostkust. In april 1918 komt het virus aan in de Franse havens, waarna het zich snel verspreidt naar de rest van Frankrijk, Groot-Brittannië, Italië, Spanje, Polen en Rusland. In mei bereikt het virus Noord-Afrika, India en Japan. In juli wordt een uitbraak gemeld in China. In diezelfde maand neemt de epidemie in kracht af.

Spaanse griep

Zieken in een Frans hospitaal

Eind aan de pandemie

De 2e golf begint midden augustus. Schepen uit het Franse Brest nemen soldaten mee naar de Verenigde Staten, waardoor het virus zich onder andere verspreidt naar Boston, in de staat Massachusetts. Soldaten in kampen en kazernes raken besmet en worden naar Europa getransporteerd. In de volgende 2 maanden verspreidt het virus zich over de hele Verenigde Staten, om vervolgens Midden-Amerika en Zuid-Amerika aan te doen. In november heeft het virus zich verspreid in Afrika.

De 3e golf van de Spaanse griep komt in januari 1919 aan in Australië. Het virus verspreidt zich in de hele Verenigde Staten en Europa. Vooral Groot-Brittannië, Servië, Spanje en Mexico worden zwaar getroffen. De 3e golf is minder dodelijk dan de 2e, maar er overlijden wel meer mensen dan tijdens de 1e. In 1920 breekt de 4e golf uit. Mensen overlijden nog steeds als gevolg van de ziekte, maar minder dan voorheen. In 1921 komt een eind aan de pandemie en is het sterftecijfer gelijk aan dat van voor de uitbraak van de Spaanse griep.

Het aantal doden wordt wereldwijd geschat tussen de 50 en de 100 miljoen. Dat is meer dan het aantal mensen dat is gestorven tijdens de Eerste Wereldoorlog. Ongeveer een 3e van de toenmalige wereldbevolking van 1.5 miljard raakt besmet.

Spaanse griep

Zieken in een Amerikaans hospitaal.

Oorsprong Spaanse griep en Spaanse griep in Nederland

De exacte oorsprong van de ziekte is onbekend. Het virus heeft de naam de Spaanse griep gekregen, omdat Spaanse kranten voor het eerst schrijven over de ziekte. Spanje is tijdens de Eerste Wereldoorlog neutraal, waardoor de pers niet aan een censuur is gebonden, zoals in landen die in oorlog zijn. In die landen worden berichten over de impact van de ziekte op de bevolking achtergehouden, om het moraal niet aan te tasten en niet zwak te lijken in de ogen van de vijand.
In 1918 doet de Spaanse griep ook Nederland aan. Vooral in Amsterdam en in het Noordoosten van Nederland raken mensen besmet. In oktober en november overlijden 20.000 Nederlanders meer dan in dezelfde maanden in 1917. Dat op een bevolking van zo’n 6.5 miljoen mensen. Van hen krijgen ongeveer 10.000 mensen de diagnose Spaanse griep. In minder dan 2 jaar overlijden meer dan 20.000 Nederlanders als direct gevolg van de Spaanse griep. Naar schatting tussen 10.000 en 30.000 Nederlanders overlijden indirect aan de gevolgen van complicaties.

Longweefsel van Eskimovrouw

Na de pandemie gaan wetenschappers aan de slag om de geheimen van de ziekte te ontrafelen. In 1931 lukt het de Amerikaanse wetenschapper Richard Shope om het influenzavirus te isoleren bij een varken. In 1933 weten Britse wetenschappers het influenzavirus te isoleren bij een mens. Maar virussen veranderen continu, zo ook de Spaanse griep. Toch is er weefsel bewaard gebleven van soldaten die zijn geïnfecteerd met de Spaanse griep in een Amerikaanse weefselbank. De Amerikaanse wetenschappers Jeffery Taubenberger en Ann Reid nemen longweefsel mee van gestorven soldaten naar hun laboratorium, om de genetische code van het virus te ontcijferen. Dat lukt voor een deel en ze publiceren hun bevindingen in 1997 in het wetenschappelijk blad Science.

Maar wat maakt de Spaanse griep zo dodelijk? In 1918 overlijden 72 Eskimo’s in de plaats Brevig Mission in de Amerikaanse staat Alaska aan de gevolgen van de Spaanse griep. Zij zijn begraven in een massagraf in een permanent bevroren grond. De Amerikaanse patholoog Johan Hultin leest het onderzoek van Taubenberger en Reid. Hij is als student in 1951 al bij het massagraf geweest. Hultin gaat terug naar de plek en neemt longweefsel mee van een dode Eskimovrouw.

Extreme reactie van afweersysteem

Taubenberger en Reid vinden genoeg materiaal om nu het hele genoom van het Spaanse griepvirus in kaart te brengen. Het gaat om de stam H1N1 die van vogels op mensen is overgesprongen. Volgens Taubenberger is de H1N1 de voorouder van enkele van de seizoensgebonden griepvirussen. Taubenberger: “Dus in zekere zin bevinden we ons ruim een eeuw later nog altijd in het tijdperk van de Spaanse griep. Dat is voor mij het meest opmerkelijke. Tijdens de pandemie van 1918 zijn minstens 50 miljoen mensen gestorven, maar in de eeuw daarna zijn nog eens tientallen miljoenen mensen overleden aan de seizoensgebonden griep en aan latere pandemieën, allemaal vanwege het opduiken van dat ene virus, 100 jaar geleden.”

Virologen vermoeden dat de Spaanse griep een extreme reactie van het afweersysteem veroorzaakt. Het afweersysteem valt hierdoor niet alleen het virus aan, maar ook cellen van het eigen lichaam.

Accepteer de cookies om dit element te weergeven.

Andere influenzapandemieën en coronavirus

De Spaanse griep is de grootste influenzapandemie uit de geregistreerde geschiedenis. Het is echter niet de enige influenzapandemie die in de afgelopen centennia over de wereld heeft huisgehouden. Tussen 1889 en 1894 overlijden ongeveer 1 miljoen mensen als gevolg van de Russische grieppandemie. De Aziatische griep eist in 1957 en in 1958 naar schatting tussen de 2 en de 4 miljoen levens. Zo’n 10 jaar later, in 1968 en in 1969, overlijden als gevolg van de Hong Kong griep volgens de Wereldgezondheidsorganisatie WHO tussen de 1 en de 4 miljoen mensen. De Russische grieppandemie van 1977 en 1978, die wordt veroorzaakt door hetzelfde H1N1-virus dat de Spaanse griep veroorzaakt, kost aan 700.000 mensen wereldwijd het leven.

Eind 2019 wordt de wereld opnieuw getroffen door een pandemie, COVID-19. Er zijn echter grote verschillen met de Spaanse griep. Zo is COVID-19 een coronavirus, niet een influenzavirus dat de Spaanse griep veroorzaakt. Daarnaast is de Spaanse griep ook gevaarlijk voor volwassenen tussen de 20 en 40 jaar oud, terwijl het coronavirus vooral veel slachtoffers maakt onder mensen met een zwakke gezondheid en oudere mensen.

endemie
Lees ook: Corona nu een endemie, een alledaagse infectie. Welke gevolgen heeft dat?

(Bron: Nationalgeographic.com, Thelowcoutries.com, ONH.nl, Ourworldindata.org, Anderetijden.nl, Quest.nl, History.com, Spectator.clingendael.org, Wikipedia. Foto’s: Shutterstock, ANP)

Geef een reactie