eikenprocessierups

Minder eikenprocessierups overlast meldingen en jeukklachten, waar is de jeukrups gebleven?

Waar er begin 2020 nog wordt gewaarschuwd voor een zomer vol overlast van de eikenprocessierups, lijkt er deze zomer juist minder overlast te zijn dan in voorgaande jaren. Er zijn dit jaar namelijk een stuk minder meldingen van overlast of van mensen met jeukklachten. Maar waar is de eikenprocessierups eigenlijk gebleven?

Horrorzomer

In de zomer van 2019 is er in Nederland erg veel overlast door de eikenprocessierups. Steeds meer Nederlanders klagen over jeuk, huiduitslag en irritatie aan ogen of luchtwegen. Het zijn de brandharen van deze ‘jeukrups’ die voor flink wat overlast zorgen. Deskundigen voorspellen vorig jaar daarom op basis van tellingen een ‘horrorzomer’ in 2020.

Nauwelijks nesten

Maar deze zomer is geen horrorzomer te noemen, er komen in vergelijking met vorig jaar een stuk minder meldingen van overlast of van mensen met jeukklachten binnen en ook de bestrijdingsbedrijven hebben het niet zo druk als in 2019. “We zijn lang niet zo druk met de eikenprocessierups als vorig jaar”, vertelt Nico Punt van groenbedrijf Eijkelboom uit Apeldoorn aan dagblad De Stentor. “Op plekken waar gemeenten of provincies maatregelen hebben genomen, zien we bijna geen nesten meer. Als ze er al zijn, dan zijn ze veel kleiner.”

Verklaring

De verklaring hiervoor is dat gemeenten, provincies en waterschappen na de grote overlast in de zomer van 2019 veel preventieve voorzorgsmaatregelen hebben genomen. Zo zijn aangetaste bomen ingespoten met het middel Xen Tari of behandeld met aaltjes. Deze voorzorgsmaatregelen blijken nu, in het hoogseizoen voor de eikenprocessierups, heel effectief.

Uit onderzoek blijkt namelijk dat van de behandelde bomen slechts 13 procent wordt aangetast door de rupsen. Maar niet alleen in ingespoten bomen, ook in onbehandelde bomen worden minder rupsen aangetroffen. 30 procent tegenover 55 procent van de bomen vorig jaar.

Regenachtig weer

Wat hier invloed op kan hebben is het weer. “In de weken waarop de rupsen het meest actief zijn, eind juni en de eerste helft van juli, was het vorig jaar zeer warm. Mensen liepen rond met korte mouwen en in korte broeken. Doordat het ook flink waaide, waren de omstandigheden ideaal om met de brandhaartjes in aanraking te komen,” legt bioloog Arnold van Vliet van de Wageningen Universiteit uit aan De Stentor. Maar deze zomer is anders, wat vooral verschil maakt is dat er meer neerslag valt dan in 2019.

Rupsen zitten onder de grond

En dan is er nog een derde verklaring. Omdat door meeldauw de bladeren van de eikenbomen niet langer eetbaar zijn, zijn er meer rupsen dan verwacht de bodem in gekropen. Deze rupsen gaan dan in een zogenoemde diapauze, een soort rusttoestand waarbij de ontwikkeling stilstaat. Deze rupsen komen dan volgend jaar of zelfs nog later de grond weer uit. Dat er zoveel rupsen onder de grond zitten heeft ook invloed op de metingen om zicht te krijgen op de verwachte overlast in 2021.

Overlast neemt af

Veel overlast zullen we in de rest van 2020 niet meer ondervinden van de eikenprocessierups. De rupsen gaan zich nu namelijk verpoppen, waardoor de overlast alleen nog maar zal afnemen. Toch is het wel goed om altijd op te blijven letten in de buurt van een eik. Van Vliet: “In de bomen zitten nog lege nesten met haartjes. Die kunnen eruit vallen.” Pas dus altijd op als u onder een eikenboom zit.

(Bron: De Stentor, gemeente Deventer, Bergeijk.nl)

Geef een reactie