Deel 3: Mobielhoesje
Vasten haken, keren, toeren maken en stoppen: als u dat kunt, dan kunt u een lapje maken. En met een lapje maak u bijvoorbeeld een leuk mobielhoesje. U begint met een rij zogenaamde opzetlossen (dat zijn de gewone lossen, die u in deel 2 heeft geleerd). Op die lossen haakt u in dit geval de basissteek vaste. Het patroon kunt u hier downloaden.
Vaste:
Voor dit voorbeeld haken we een vaste op een ketting van lossen, maar het werkt hetzelfde op alle soorten steken.
- U heeft een basisketting van lossen. Steek de haaknaald in de tweede losse vanaf de haaknaald.
- Maak een omslag en trek de draad door de losse. U heeft nu twee lusjes op uw haaknaald.
- Maak weer een omslag en trek de draad door allebei de lussen.
Toer:
Bij een toer haakt u een aantal steken achter elkaar volgens het patroon. Voor de volgende toer draait u het werk om en haakt u een of meerdere lossen, vervolgens haakt u weer verder op de steken van de vorige toer. Bij het toeren zijn de keerlosse, en de laatste steek belangrijk. Als u dat niet goed doet, krijgt u een scheef werk. Daarover meer in deel 7 Fouten herstellen.
Afhechten:
Zorg telkens als u een haakwerk begint en eindigt voor voldoende lange uiteindes, ongeveer 15 cm is wel genoeg. Deze hecht u af door die door het haakwerk te rijgen.
Een zelfgemaakt mobielhoesje, hoe leuk is dat! In deel 4 leert u hoe u zelf pannenlappen kunt haken. Klik hier als u terug wilt naar het overzicht van de cursus.