Ondervoeding: we kunnen er zelf iets aan doen!

Drie maanden geleden werd ik als diëtist gebeld door een mevrouw, die vertelde dat haar moeder, mevrouw de Vries, onbedoeld 10 kilo was afgevallen in de laatste 5 maanden. Via de huisarts kwam een verwijzing: het behouden van haar gewicht was wenselijk. Eigenlijk kennen we allemaal wel zo iemand. Een mevrouw of meneer op leeftijd die zelfstandig thuis of in het verzorgingshuis woont en (professionele-) mantelzorg krijgt.

Uit onderzoek blijkt dat ondervoeding bij ouderen in Nederland veel voorkomt en door meerdere factoren kan ontstaan. Naast een slechte of eenzijdige inname van voeding kan een (chronische) ziekte, sociaal isolement of stressvolle gebeurtenis een oorzaak zijn. Ook kauw- en slikklachten en verminderde mobiliteit kunnen er toe leiden dat het boodschappen doen en/of de maaltijd bereiden moeizamer gaan en de voeding vaak eenzijdiger wordt. De balans in lichaam en geest verstoort, de spieren verzwakken waardoor het lichaam in een vicieuze cirkel komt. Belangrijk is het om dit bijtijds te signaleren, maar hoe doe je dit?

Ondervoeding is niet zo tastbaar. Het gebruik van een screeninginstrument kan het inzichtelijk maken. In het eerste gesprek wat daar op volgt bespreek ik wat de cliënt ervaart. Mevrouw de Vries, uit bovenstaand voorbeeld, gaf aan wat er voor haar veranderd was; ze bleef afvallen en dat was niet haar bedoeling, ze had minder eetlust, was sneller moe en gaf aan dat het ‘’zo voor haar niet meer hoefde’’. Tekenen die te maken kunnen hebben met een ondervoedingsprobleem.

Het lichaam van mevrouw De Vries had meer energie en eiwitten nodig dan zij via de reguliere voeding binnenkreeg. Hierdoor verliest zij zowel spierenmassa als gewicht. We hebben gesproken over haar ‘onbedoelde gewichtsverlies’, haar persoonlijke doel en de mogelijkheden voor veranderingen in haar voeding. Na 1,5 maand sprak ik mevrouw De Vries voor de derde keer en  was haar gewicht verder gestegen. Eén van de eerste dingen die ze mij zei: “Ik heb weer meer plezier in mijn dag, kan weer blij zijn”.

De situatie van mevrouw De Vries laat zien dat we zelf iets kunnen doen aan ondervoeding. Zowel de familie als de arts hebben de signalen van mevrouw goed opgepakt, zodat ze de informatie en hulp kreeg die belangrijk voor haar was. Ondanks haar ziekte wist mevrouw De Vries samen met de diëtist en fysiotherapeut haar lichaam en geest in een betere conditie te brengen.

In Nederland zien we dat ouderen steeds langer thuis blijven wonen. De diëtist ( geriatrie en ouderen) is bij kwetsbare ouderen belangrijk als het gaat om het behandelen van ondervoeding vanuit de totale mens. Dit draagt bij aan het ‘zo lang mogelijk fit thuis wonen’. In de praktijk gaat dit vaak in samenwerking met de behandeling van andere professionals zoals de ( geriatrie-) fysiotherapeut, logopedist en/of ergotherapeut.

Het is ontzettend belangrijk dat alle mensen in Nederland zich bewust zijn dat ondervoeding bij iedereen voorkomt, bij magere mensen én mensen die een goed of  hoger gewicht hebben. En belangrijker nog; dat ondervoeding een omkeerbaar proces is, waardoor mensen lichamelijk en geestelijk weer beter kunnen functioneren. Denkt u dat uw lichaam of dat van een iemand in uw omgeving een (risico op) ondervoeding heeft, geef het aan. Maak ondervoeding bespreekbaar, ook u kunt er iets aan doen!

Ingrid Huisman, Geriatrisch Diëtist.

Geef een reactie