overpad

Recht van overpad door verjaring?

Als MAX Ombudsman bemiddelen we niet in burengeschillen. Beide buren kunnen MAX-lid zijn of worden, dus ligt belangenverstrengeling op de loer. Toch krijgen we er regelmatig vragen  over. Daarom pakken we deze keer bij wijze van uitzondering een netelige burenkwestie op.

Mevrouw Kraan bewoont haar huidige huis al ruim 10 jaar. Ze woont direct aan de weg, en haar fiets parkeert ze daarom noodgedwongen in de achtertuin. Om daar te komen, gebruikt ze het naast haar huis gelegen pad naar de achtertuin. Dat pad hoort bij het perceel van de buurman. Deze heeft mondeling toegezegd aan mevrouw Kraan en aan de bewoners die er daarvóór 20 jaar hadden gewoond, dat zij het pad ook mogen gebruiken als achterom.

Nieuwe buren

Dan wisselt het huis van de buren van eigenaar. De nieuwe buren willen niet dat mevrouw Kraan nog langer gebruik maakt van hun pad. Als mevrouw Kraan wil fietsen, moet ze de fiets maar door haar huiskamer slepen. Mevrouw Kraan had zich de kennismaking met de nieuwe buren anders voorgesteld en wil het pad hoe dan ook als achterom blijven gebruiken.

Te goeder trouw

Wat mevrouw Kraan in feite wil, is een recht van overpad over het terrein van de buren. Dit zou in het kadaster als erfdienstbaarheid moeten zijn vastgelegd. Dit blijkt niet het geval. Maar, weet mevrouw Kraan, de erfdienstbaarheid kan ook door verjaring ontstaan. Daarvoor is nodig dat het pad van de buren gedurende 10 jaren te goeder trouw als overpad is gebruikt. Mevrouw Kraan is ervan overtuigd dat dit het geval is, want ze had toch een keurige afspraak met de vorige buurman? Voor de zekerheid belt ze nog even naar ons spreekuur om dit te checken.

Bewijs dar maar ‘ns

Wij moeten mevrouw Kraan teleurstellen. Van ‘goede trouw’ kan alleen sprake zijn als mevrouw Kraan al die tijd oprecht dacht dat ze een recht van overpad had. Uit de afspraak met de vorige buurman blijkt nu juist duidelijk dat ze wist dat ze géén recht van overpad had. Toch heeft mevrouw Kraan een kans. Ook nu zij juridisch gezien niet te goeder trouw is, kan het recht van overpad zijn ontstaan. Namelijk als het pad van de buren gedurende een onafgebroken periode van minimaal 20 jaar feitelijk is gebruikt alsof er wel een erfdienstbaarheid op rustte. Dit lijkt het geval te zijn, maar het is aan mevrouw Kraan om dit te bewijzen. Bijvoorbeeld door middel van verklaringen van de vorige bewoners. Uiteindelijk zal de erfdienstbaarheid alsnog moeten worden ingeschreven in het kadaster. Daarvoor is instemming van de buren nodig óf een vonnis van de rechtbank. Beter is daarom om in gesprek te gaan met de buren. Vaak blijkt een tussenoplossing mogelijk.

MAX-leden kunnen met vragen, problemen of klachten gratis terecht op het telefonisch spreekuur van de MAX Ombudsman op nummer 035-677 55 11, elke werkdag van 10 tot 12 uur.

Geef een reactie

Reactie

    LiesbethvanLeijen says:

    Helaas zal mevrouw geen succes boeken met een beroep op verjaring van een recht van overpad of zoiets.

    Ze heeft van de vorige buurman namelijk een persoonlijk recht gekregen (tussen buren en niet tussen eigenaren) en géén erfdienstbaarheid. Eigenlijk had mevrouw de afspraak met de buurman bij de notaris moeten vastleggen, dan was er na verhuizing van de buurman niks veranderd voor mevrouw.

    Een persoonlijk recht gaat minder ver dan een recht van overpad en verdwijnt na verhuizing.

    De rechtspraak heeft al diverse malen dit soort gevallen behandeld: géén verjaring. Da’s dus pech voor mevrouw. Ze zal in gesprek moeten met haar nieuwe buren om weer wat te regelen.