Cisca Dresselhuys: ‘Contant geld’
Publicatiedatum: 3 juli 2024
In Hoog Catharijne dronken we wat in een zaak, die een heel apart apparaat bleek te hebben voor het afrekenen. Je kon er op aangeven hoeveel fooi je wilde geven: 10, 20 of 30 procent. ‘Geen’ behoorde ook tot de mogelijkheden. Maar je moet wel een hart van steen en een bord voor je kop hebben om onder de toeziende blik van degene, die je bediend heeft, ‘geen’ in te tikken.
5 euro voor een oudere junk
Even later had ik nog een aparte financiële belevenis op het Vredenburg, het plein vóór Hoog Catharijne. Ik werd er aangesproken door een oudere junk op een fiets. In beleefde, ietwat hoogdravende taal vertelde hij me dat er in de buurt een gelegenheid was waar ouderen iets konden eten of drinken, waar hij graag gebruik van zou maken. Daarvoor had hij – ‘ik mocht natuurlijk ’nee’ zeggen, want hij was niet asociaal’- 5 euro nodig. En of ik hem die misschien wilde geven. Nogmaals: ik mocht natuurlijk ’nee’ zeggen.
Zoals vrijwel iedereen tegenwoordig had ik alleen maar een pinpas op zak, wat ik hem vertelde. Daar wist hij raad op. Hij wees me op de geldautomaat aan de overzijde van het plein, daar kon ik prima 5 euro pinnen. Gedwee liep ik daar naar toe, stopte m’n kaart in de automaat en realiseerde me toen dat die apparaten nooit een bedrag van 5 euro geven, het kleinste bedrag is 20 euro. Dat toetste ik dus in. Maar toen stond ik voor de vraag of ik de man 20 euro zou geven. Dat vond de zuinigaard in mij toch een beetje veel, dus ik ging een aanpalende cosmeticawinkel binnen met het biljet van 20 in mijn hand en vroeg de verkoopster of ze contant geld in kas had. Die keek me verschrikt aan, stond daar nou een overvaller voor haar toonbank?
Klaarblijkelijk zag ik daar, wapperend met 20 euro, niet naar uit, dus ze trok de kassa open en overhandigde me 4 briefjes van 5. De junk-op-de-fiets hield het van een afstandje goed in de gaten. Ik liep naar hem toe en gaf hem 2 briefjes van 5, eentje vond ik opeens wel erg krenterig. Na een hartelijk ’dankuwel’ spurtte hij weg, naar de theeschenkerij voor ouderen of zijn dealer.
Als een mak schaap
Waarom reageerde ik als een mak schaap op zijn verzoek? Dat vroeg ik me later wel af. Waarschijnlijk mijn gereformeerde opvoeding en zijn beschaafde aanpak, maar ook het feit dat ik even tevoren voor een kleine 100 euro leuke, maar volstrekt onnodige, bijouterieën had gekocht. Hoe dan ook, ik besloot voortaan altijd weer contant geld bij me te hebben. Vast tot blijdschap van de orgelman, die elke woensdag het centrum van mijn woonplaats opfleurt. Veel te lang ben ik die met schuldbewuste blik voorbij gelopen zonder iets in zijn bakje te doen. Ik had immers alleen een pinpas bij me.
Cisca Dresselhuys: Cisca Dresselhuys begint haar journalistieke carrière bij het dagblad Trouw. Van 1981 tot 2008, als zij met pensioen gaat, is Cisca hoofdredacteur van het maandblad Opzij. Ze ontvangt diverse onderscheidingen waaronder de Mercur d’Or/LOF Prijs voor haar verdienste voor het tijdschriftenvak. Ook schrijft Cisca verschillende boeken, waaronder Drukker dan ooit Werken na je 65ste. Want van stilzitten na haar pensioen is geen spraken. Samen met Jan Slagter is zij te horen in de podcast De Geboden van Slagter en Dresselhuys en ze schrijft columns hier op MAX Vandaag.
(Foto: Shutterstock)
Geef een reactie
U moet inloggen om een reactie te kunnen plaatsen.
Je zou zeggen dat Ciska met haar levenservaring toch zou moeten weten dat je altijd contant geld op zak moet hebben, maar blijkbaar is zij zo jong van geest dat ze alles met haar pinpas af kan… totdat er ergens een pinautomaat weigert, dan moet ze een alternatief betaalmiddel hebben… anders gaat de koop niet door en heeft de ‘bedelaar’ zijn 5 euro niet… (hoeveel maal 5 euro had hij die dag al opgehaald ?)
Ik heb ALTIJD contant geld op zak en haal zelfs bewust al mijn boodschappen met contante betalingen en dat zouden veel meer mensen moeten doen… want straks is het te laat, de banken trekken zich steeds verder terug achter hun barricades maar weten steeds meer over ons betaalgedrag… blijkbaar hebben we een grenzeloos vertrouwen in onze banken, terwijl we weten dat ze er alleen voor ons zijn, als de zon schijnt… gaat het eens regenen in je leven, dan kom je er pas achter wat die banken daadwerkelijk voorstellen… (mag ik u even aan de economische/banken-crisis herinneren, die wij als burger voor de banken hebben betaald ?)
Overigens, de ‘bedelaar’ hoeft niet te bedelen om 5 euro… hij/zij kan beter gaan werken, waarmee hij/zij met trots zijn/haar eigen geld kan verdienen… en als hij/zij een woonplek heeft, kan hij een PW-uitkering aanvragen, misschien met een tegenprestatie…
Nou, dan heb ik een hart van steen en een bord voor m’n kop. Want ik wens niet te worden ‘uitgenodigd’ – lees gemanipuleerd – om al dan niet een fooi te geven. Hoe zou mevrouw Dresselhuys gereageerd hebben als degene die haar had bediend gezégd zou hebben: “Een fooitje zou leuk zijn, maar het is niet verplicht hoor!”?
En de man die ‘in de buurt’ iets wilde eten of drinken, zou ik misschien aanbieden om – zonder contanten – mee te lopen met als reden dat ik óók wel iets wilde eten of drinken, en aldaar zijn consumptie (met pin) te betalen. Eens kijken of hij door de mand zou vallen.