Het Ardennenoffensief: Hitlers laatste grote aanval in het westen

Op 16 december 1944 beginnen de Duitsers met hun laatste grote offensief in het westen: het Ardennenoffensief. Hitler wil met deze aanval de geallieerden aan de onderhandelingstafel krijgen en vrede sluiten, om zich dan volledig te concentreren op de oorlog met de Sovjet-Unie in het oosten. De geallieerden zijn echter nooit van plan geweest om met Hitler over vrede te onderhandelen. Het Ardennenoffensief komt voor de geallieerden als een volledige verrassing.

Hitler is in 1944 verwikkeld in een 2-frontenoorlog. In het oosten moeten zijn troepen terugtrekken vanwege de successen van het Rode Leger, in het westen boeken de geallieerden de ene na de andere overwinning. Na de landingen in Normandië, D-Day, in juni van dat jaar. Aan deze snelle opmars komt in september in het westen een kortstondig einde als in Nederland Operatie Market Garden faliekant mislukt.

Begin september hebben de geallieerden Antwerpen bevrijd en hebben ze de beschikking over een grote haven waardoor ze hun troepen makkelijk kunnen bevoorraden. Na maandenlang in de verdediging te zijn geweest, wil Hitler een groot offensief beginnen om zo de hoop op de eindoverwinning levend te houden. Zijn Ardennenoffensief heeft tot doel de noordelijke geallieerde troepen van hun bevoorrading af te snijden en ze daarna te vernietigen. De troepen in het noorden zijn sterker bezet dan die van de zuidelijke aanvalsvleugel in de Ardennen. Door die matig bezette vleugel eerst te vernietigen, zou de strijd in het westen uiteindelijk in het voordeel van de Duitsers kunnen worden beslist. Het plan bestaat uit 2 delen: eerst moet de Maas worden bereikt, waar een bruggenhoofd moet worden gevormd. Daarna moet Antwerpen worden ingenomen, zodat de noordelijk gelegen geallieerde troepen zijn verstoten van bevoorrading. Waarna ze kunnen worden vernietigd.

Strategisch doel en voorbereidingen

Het strategische doel van de Duitsers is om met de westerse geallieerden vrede te sluiten en daarna de volle aandacht te kunnen schenken aan de oorlog met de Sovjet-Unie in het oosten. Maar ook al zou het Ardennenoffensief van de Duitsers zijn geslaagd, dan nog zouden de geallieerden niet aan de onderhandelingstafel gaan zitten met de Duitsers. Zij hebben afgesproken door te gaan met de oorlog tot Berlijn is ingenomen en de onvoorwaardelijke overgave van Duitsland een feit is.

Het probleem voor de Duitsers is dat zij sterk zijn verzwakt: de Duitse luchtmacht is geen schim meer van wat het eens is geweest en vanwege grote verliezen als gevolg van de 2-frontenoorlog heeft Hitler veel minder manschappen tot zijn beschikking dan de geallieerden. De operatie is al bij voorbaat kansloos. Daarvan zijn ook de Duitse generaals overtuigd.

De sector in de Ardennen wordt verdedigd door slechts 6 Amerikaanse divisies, omdat daar sinds september geen gevechten meer hebben plaatsgevonden. Aan het ongeveer 130 kilometer lange front door België en Luxemburg bevinden zich voornamelijk soldaten die wat bijkomen van de gevechten die zij hebben moeten voeren, alsmede onervaren soldaten. Daarom wil Hitler juist daar het grote tegenoffensief laten plaatsvinden, daar waar de geallieerden het niet verwachten. De gevechten in de Ardennen zullen zwaar zijn: het boomrijke en heuvelachtige landschap is in de winter van 44 besneeuwd. Tanks en andere voertuigen hebben moeite door de bossen hun doelen te bereiken. En dan is er nog de verschrikkelijke kou.

Beschermd tegen geallieerde luchtverkenningstroepen, trekt een Duitse gevechtsmacht tezamen in de met mist omsluierde valleien en bossen in de Eifel in het oosten van de Ardennen. Het weer is slecht en de wegen zijn onbegaanbaar. In het noorden bevindt zich de 6e SS Pantserleger, in het midden het 5e Pantserleger en verderop gelegen in het zuiden bevindt zich het 7e leger. Er is maar weinig brandstof voor de voertuigen, de rest moet worden gestolen van de Amerikanen.

De geallieerden ontvangen berichten over een naderende aanval. Ze zijn in het bezit van de Duitse Enigma codeermachine die ze hebben weten te decoderen. Ze nemen de berichten van de Duitse troepenbewegingen echter niet serieus: de oorlog verloopt voor de geallieerden voorspoedig en Duitse troepen moeten zich zowel in het oosten als in het westen terugtrekken. Sommige geallieerde generaals geloven dat het terrein in de Ardennen te onbegaanbaar is voor een grootschalige Duitse aanval.

Ardennenoffensief

Enigma codeermachine

Begin van het Ardennenoffensief

Op 16 december 1944 om 5:30 begint de aanval op de 2e, 99e, 106e en 28e divisies van het Amerikaanse leger. Onder leiding van ‘de gevaarlijkste man van Europa’, SS-kolonel Otto Skorzeny, stichten Duitse Engelsprekende en in Amerikaanse uniformen geklede saboteurs verwarring. Ze knippen onder andere telefoonleidingen door. Amerikaanse soldaten stellen daarom aan andere onbekende soldaten gekleed in een Amerikaans uniform vragen als: “Hoe heet de vriendin van Donald Duck?” of “In welke competitie speelt een bepaald honkbalteam?”. Dit om maar zeker te zijn dat ze te maken hebben met een echte Amerikaan en niet met een Duitse infiltrant. Een deel van de Duitse saboteurs wordt al snel gepakt en geëxecuteerd.

De aanvallen overrompelen de Amerikanen en zorgen voor paniek in de gelederen. Amerikaanse soldaten lopen verspreid door het besneeuwde bos en vechten tegen de Duitsers wanneer ze die tegenkomen: van een geplande verdediging is geen sprake. Vanwege het slechte weer is observatie van troepenbewegingen vanuit de lucht niet mogelijk. Door het slecht begaanbare terrein is een snelle opmars met zware voertuigen moeilijk. Het wordt de Amerikanen duidelijk dat het offensief van de Duitsers grootschalig is.

De gevechten in het dichtbeboste en besneeuwde Ardennenlandschap zijn verwarrend en wreed. Zo nemen SS’ers 160 Amerikanen van het Veldartillerie Waarnemingsbataljon bij Malmedy op de 17e december gevangen. Ze schieten de Amerikanen zonder pardon neer, waarbij 125 soldaten het leven laten. Een deel weet zich dood te houden en kan in de bossen ontsnappen. De executie van de overgegeven soldaten doet snel de ronde bij de rest van de Amerikanen. Hierdoor besluiten ze geen SS-ers meer krijgsgevangen te maken en ze ter plekke dood te schieten.

Na 4 dagen hervatten de Amerikanen zich. Aan de noordelijke kant van de Duitse opmars blokkeert het 5e leger de voortgang van het Duitse 6e Pantserleger. Door de sterke Amerikaanse weerstand raken de Duitse tanks in een enorme verkeersopstopping. Slechts 1 tankeenheid, uitgerust met Tiger II tanks, weet uiteindelijk het diepst te penetreren in deze sector. In het midden breekt het front volledig open. Langs de Our wordt de Amerikaanse 28e divisie opgerold, die een front van 60 kilometer moet verdedigen. In de Sneeuweifel wordt het onervaren 106e divisie door de Duitsers omsingeld. Ze verwachten versterking, maar moeten na 3 dagen de strijd staken. Meer dan 6.000 manschappen worden krijgsgevangenen, hetgeen de grootste Amerikaanse overgave tijdens de Tweede Wereldoorlog in Europa wordt. In het zuidwesten lukt het het 5e Duitse Pantserleger niet een belangrijk knooppunt richting Bastenaken in te nemen. Zij worden geblokkeerd door de 101st Airborne divisie, waardoor de Duitsers Bastenaken moeten omzeilen om naar de Maas te geraken.

Ardennenoffensief

Montgomery intervenieert

In het noorden en zuiden houden de Amerikanen op de 19e december nog stand, terwijl het midden volledig openligt. Het 6e Pantserleger is Luik tot op 30 kilometer genaderd, het 5e Pantserleger heeft Houffalize ingenomen en nadert Bastenaken. De Amerikanen hebben daar geen reserves meer en als de Duitsers eenmaal de Maas zijn overgestoken, ligt Brussel voor hen binnen het bereik. De Britse veldmaarschalk Montgomery ziet het gevaar van het vacuüm tussen de Maas en Brussel en stuurt het Britse 30e Korps naar dit gebied. Nu de Duitsers het Ardennengebied in tweeën hebben gespleten, is het lastig voor generaal Omar Bradley, die zijn hoofdkwartier heeft in de stad Luxemburg, contact te houden met het hoofdkwartier van het 1e Leger, dat zich in staat van verwarring heeft teruggetrokken tot achter Luik. Mede daarom geeft Eisenhower het commando van de geallieerde strijdkrachten in het noorden van de Duitse wig over aan Montgomery. De verdediging verloopt nog steeds ongecoördineerd en Montgomery brengt daarin direct verandering. Hij weet een hecht en sterk front te bewerkstelligen door troepen terug te trekken, waardoor een kortere frontlinie ontstaat.

De Amerikanen ontruimen Sankt Vith en bombarderen de plaats. Het is voor hen belangrijk dat ze Bastenaken in handen houden, het belangrijkste knooppunt van wegen in dat gebied. De Duitsers omsingelen de stad in de nacht van 20 op 21 december. Hitler geeft opdracht om verder op te rukken naar de Maas. Doordat de Amerikanen Bastenaken bezet houden, moeten de Duitsers over kleine vaak onbegaanbare wegen oprukken. Ze zijn gedwongen om af te zwenken richting het zuidwesten, precies wat Montgomery voor ogen heeft: in dat gebied kunnen ze weinig kwaad doen en wordt de kans voor de Duitsers om voldoende manschappen bijeen te brengen en een doorbraak te forceren kleiner.

ArdennenoffensiefDe Duitsers willen dat de Amerikanen van het 101st Airborne in Bastenaken zich overgeven. Het legendarische antwoord van generaal McAuliffe luidt kort en krachtig: “Nuts.” Het is voor paratroepers niet vreemd om omsingeld te zijn. Bastenaken wordt de 4 nachten daarop gebombardeerd door de Duitsers. Het wordt voor de Amerikaanse paratroepers kritiek, omdat ze weinig brandstof, voedsel en munitie hebben. Het Amerikaanse 3e Leger van generaal Patton probeert ze te ontzetten, maar stuit op 10 kilometer van Bastenaken op grote tegenstand. Ze worden bevoorraad vanuit de lucht. Veel van de logge transportvliegtuigen worden echter neergeschoten. Het weer klaart op, waardoor vliegtuigen de paratroepers kunnen ondersteunen en Duitse stellingen bij Bastenaken en Dinant kunnen bombarderen. Tanks steken duidelijk af tegen de besneeuwde witte achtergrond. Sporen verraden waar de tanks van de Duitsers zijn opgesteld in de bossen en oprukkende Duitse colonnes worden uiteengeslagen. Het tij begint zich langzamerhand in geallieerd voordeel te keren. Het wordt voor de Duitsers onmogelijk om Antwerpen te bereiken en de Maas over te steken, mede vanwege benzinetekort. De Duitsers verzinnen een nieuw plan: op de westflank bij Dinant willen ze een sterk front handhaven, ze willen opstoten tussen de Ourthe en de Maas en er wordt een offensief in de richting van Maastricht geopend. Om dit plan te doen slagen, moet eerst Bastenaken worden veroverd.

De slag om Bastenaken

In de kerstnacht begint de aanval op Bastenaken met bombardementen. In de nacht van de eerste kerstdag begint de grondaanval, die door de paratroepers wordt afgeslagen. De Amerikanen weten de toevoerwegen naar Dinant af te snijden en omsingelen de Duitsers. Op de 27e december zijn de Duitse troepen daar vernietigd of uiteengeslagen en wordt het duidelijk dat de Duitsers nooit aan de andere kant van de Maas zullen geraken. Generaal Patton bereikt op de 26e december de paratroepers in Bastenaken die zwaar hebben geleden tijdens de gevechten met de Duitsers.

Ardennenoffensief

Monument Bastenaken.

Met Operatie Nordwind begint de laatste grote Duitse aanval aan het westfront. De aanval begint op 31 december en eindigt op 25 januari 1945. Eerst verloopt de aanval nog redelijk succesvol, maar door uitputting en gebrek aan brandstof weten de Amerikanen het offensief af te slaan.

Hitler moet toegeven dat het Ardennenoffensief niet heeft geleid tot het succes wat hij voor ogen heeft gehad. Hij wil met de operatie in de noordelijke Elzas het Ardennenoffensief voortzetten en geeft op 4 januari 1945 zijn generaals het bevel met de strijd door te gaan. De geallieerden zijn op sommige plekken doorgedrongen tot diep in het Duitse front. Op 8 januari komt Hitler dan eindelijk tot het inzicht dat zijn manschappen alleen nog maar zijn te redden als ze zo snel als mogelijk worden teruggetrokken. Als op 14 januari Operatie Nordwind blijkt te zijn vastgelopen, stemt hij in met een verdere aftocht. Op 24 januari verplaatst hij het 1e SS-Pantserkorps naar Wenen en ziet hij af van verdere offensieven in het westen. Als gevolg van het Ardennenoffensief zijn veel Duitse tanks vernietigd. Als het Rode Leger op 12 januari 1945 begint met het grote winteroffensief in het oosten, heeft Hitler geen pantserreserves meer om de aanval te stoppen.

Hitler heeft met het Ardennenoffensief zijn eigen potentieel overschat en dat van de geallieerden onderschat. Zijn inzet van de laatste Duitse reserves in het westen komt vooral het Rode Leger ten goede: zij kunnen sneller richting Berlijn oprukken dan mogelijk zou zijn geweest als die laatste Duitse reserves zouden zijn ingezet aan het oostfront.

Aan geallieerde zijde verliezen meer dan 19.000 manschappen het leven. Het Duitse dodental ligt boven de 17.000. Veel meer soldaten raken gewond of worden vermist.

(Bron: BBC.co.uk, Tweedewereldoorlog.nl, Historiek.net, Wikipedia.)

Geef een reactie