Duur 04:53
Gepubliceerd op 7 april 2015

Rugklachten

Hernia, ischias, spit: overbelaste rugspieren veroorzaken flink wat pijn. Maar liefst 8 op de 10 mensen krijgt er mee te maken. Is het te voorkomen?

Lage rugpijn

Gewone lage rugpijn komt heel veel voor. Ongeveer 5% van de mensen komt er jaarlijks mee bij de huisarts. Veel mensen gaan ook rechtstreeks naar een fysiotherapeut. Eigenlijk heeft iedereen in zijn leven wel eens rugpijn. Gelukkig is het bij de helft van de mensen binnen een week weer over en bij 95% binnen 3 maanden. We noemen het specifieke rugpijn als er een duidelijke oorzaak is. Maar helaas is dat meestal niet zo. Dan spreken we van aspecifieke rugpijn.

Voor iets wat zo vaak voorkomt is het opvallend hoe weinig we erover weten. De rug is een ingewikkeld deel van het lijf: wervels, tussenwervelschijven, gewrichten, zenuwen, spieren en banden. Als er pijn zit, kan dat overal door komen. Meestal is het een spierscheurtje, maar het kan ook een overbelasting van de pezen zijn of een verdraaiing van een gewricht. Of gespannenheid van de spieren, door een verkrampte houding of stress. Met een röntgenfoto of een scan komt men daar niet achter. En omdat het meestal snel weer over is, wordt er vaak niet verder gezocht.

Diagnose

Spit of lumbago is gewoon een ander woord voor lage rugpijn. Als de klachten aanhouden, gaan we toch op zoek naar een specifieke oorzaak. Als men een ongeval heeft gehad, kan er een breuk in een wervel zitten en is dat op een röntgenfoto zichtbaar. Bij mensen met botontkalking kan een wervel vanzelf wat inzakken en ook dat kan behoorlijk lang pijn blijven doen. Van belang is of er uitstraling van de pijn naar een been is. Als er dan ook nog tintelingen, verminderde spierkracht of plasklachten bij komen, spreken we van een beknelde zenuw of ischialgie. Dan kan een hernia de oorzaak zijn of een vernauwing van het wervelkanaal, een canalisstenose. Soms is het een reumatische gewrichtsontsteking zoals de ziekte van Bechterew. En heel soms glijden de wervels van elkaar, een spondylolisthesis. Dat treedt soms bij jonge mensen op, bij dansers veel vaker.

Riscogroep

Het gebeurt soms zomaar. Bij een rare draai of zwaar tillen. Als men dat vaker heeft, is het zinnig om eens te laten nakijken of de houding wel goed is. Soms helpt het om de houding te verbeteren, om de werkplek aan te passen of om speciale tiltechnieken te gebruiken. Oefeningen om de rug- en buikspieren te versterken helpen ook. Die spieren vormen een soort korset en geven stevigheid. Vroeger gaven dokters nog wel een echt korset, met baleinen en zo. We weten nu dat een korset de klachten meestal vererger, omdat het de spieren zwakker maakt. Ook bij rugklachten geldt dat rust roest.

Rugpijn komt het meest voor bij mannen en vrouwen tussen de 45 en 65 jaar. Soms gaat aspecifieke lage rugpijn gepaard met angst voor pijn en bewegen en ongerustheid over het beloop, meestal door verkeerde ideeën en opvattingen over de oorzaak. Het ziektegedrag dat hieruit kan voortkomen, lijkt een belangrijke risicofactor te zijn voor het chronisch worden van de aspecifieke lage rugpijn. Bij ouderen komt het weer minder voor, misschien om dat die door de leeftijd wat stijver worden en dat helpt kennelijk. Of die doen minder zwaar werk, want overbelasting is vaak een oorzaak.

Behandeling

Meestal gaat rugpijn vanzelf over. Men kan dus het beste even afwachten. Vroeger adviseerden dokters om rust te houden bij rugpijn, maar nu weten we dat bewegen juist goed is. Alleen in het eerste begin is bedrust soms zinvol.

Het advies is om bij rugpijn pijnstillers te nemen, want dan kan men makkelijker bewegen. Warmte is plezierig, dus lekker lang onder een warme douche helpt wel. Als de pijn langer dan een paar weken aanhoudt, is het zinvol om een keer te laten onderzoeken of er een specifieke oorzaak te vinden is. Meestal niet dus, en dan is verder leren bewegen de enige optie. Massages helpen niet. Fysiotherapie kan wel verbetering opleveren. Een fysiotherapeut kan advies geven over de beste oefeningen. Want als de klachten vaak terugkomen zijn rug-versterkende oefeningen belangrijk Het kan in dit geval ook verstandig zijn met de bedrijfsarts te praten of het werk aangepast kan worden aan de klachten. Als stress een belangrijke factor is, dan is het goed dat aan te pakken.

Ook een hernia kan vanzelf over gaan. Een hernia is een uitpuiling van een tussenwervelschijf. De uitpuiling drukt op een zenuw waardoor pijn en tintelingen ontstaan in de benen. Soms gaat het gepaard met uitval van de spieren. Wanneer de pijn hevig is, het lang duurt of als spieruitval gepaard gaat met plasproblemen, dan moet er geopereerd worden. De chirurg haalt dan de tussenwervelschijf met uitpuiling en al weg. Dat helpt meestal goed, maar is maar in 10% van de gevallen nodig.

Dit onderwerp is besproken in Tijd voor MAX op 7 april 2015 en 27 september 2011.

Geef een reactie

Bekijk ook

Meer