Johan van Oldenbarnevelt

Johan van Oldenbarnevelt, één van Nederlands grootste staatsmannen ooit

Raadspensionaris en landsadvocaat Johan van Oldenbarnevelt wordt op 13 mei 1619 onthoofd op het Binnenhof. De autoritaire Van Oldenbarnevelt komt in conflict met zijn militaire bondgenoot prins Maurits, met wie hij aanvankelijk een vruchtbare samenwerking heeft. Aan die vruchtbare samenwerking komt een einde als zij tegenstanders worden. Een politiek proces tegen de staatsman tijdens de Tachtigjarige Oorlog kost Van Oldenbarnevelt uiteindelijk letterlijk de kop.

Sommige historici zien in Van Oldenbarnevelt samen met Willem van Oranje de grondleggers van ons land. Van Oldenbarnevelt wordt geroemd als geniaal politicus die als burger tot internationaal bekend Nederlands staatsman zou uitgroeien.

Johan Van Oldenbarnevelt wordt op 14 september 1547 in Amersfoort geboren. Zijn vader is koopman Gerrit van Oldenbarnevelt en zijn moeder Deliana van Weede. Gerrit houdt van drank en is meerdere malen voor de rechter verschenen. Ook over zijn broer Reyer bestaan negatieve verhalen, evenals over 2 van zijn 4 zusters die in de prostitutie zouden werken. Het probleem over de geschiedenis van de familie van de latere staatsman is dat die deels zou zijn verzonnen door zijn politieke tegenstanders, onder wie prins Maurits. Johans jongere broer Elias schopt het tot pensionaris van Rotterdam. Hij is de opvolger van Johan als pensionaris van die stad.

Johan van Oldenbarnevelt doorloopt de Latijnse school. Hij erft een groot bedrag van de familie van zijn moeder en wordt daardoor onafhankelijk van zijn vader. Hij studeert rechten in onder andere Leuven en Heidelberg waar hij calvinist wordt. In 1569 keert hij terug van zijn studiereis en wordt hij advocaat bij het Hof van Holland, een instelling van voornamelijk advocaten die de graaf van Holland bijstaan bij het uitoefenen van zijn ambt. Het Hof is als rechtscollege trouw verschuldigd aan de koning van Spanje, Filips II.

De Nederlanden komen in 1568 in opstand tegen de Spaanse overheerser en de Republiek der Verenigde Nederlanden wordt opgericht. In de periode dat Nederland een republiek is, kent het land grote successen op het gebied van wereldhandel (door onder andere de VOC, mede opgericht door Johan van Oldenbarnevelt) en kent het veel militaire successen tegen sterkere tegenstanders als Spanje en Engeland. Er heerst een tolerantie ten aanzien van religie en de Republiek verwerft wereldwijde faam op het gebied van kunst en wetenschap. Het land heeft geen vorst. De provincies hebben allen een eigen bestuur en een eigen stadhouder. Zij vergaderen in Den Haag op het Binnenhof tijdens de Staten-Generaal.

Van Oldenbarnevelt vergaart macht

In 1572 wijkt het Hof uit naar Utrecht. Van Oldenbarnevelt blijft echter in Den Haag en kiest tijdens de Opstand tegen de Spanjaarden de kant van Willem van Oranje in Delft. Bij het Ontzet van Haarlem in 1573 zou hij hebben deelgenomen aan een burgermilitie. Hij wordt benoemd tot commissaris voor het doorsteken van de dijken tijdens Leidens Ontzet in hetzelfde jaar. Van Oldenbarnevelt trouwt in 1575 met de rijke Maria van Utrecht. Hij is dan zo ongeveer de rijkste man van Delft en is eigenaar geworden van 5 heerlijkheden. Een heerlijkheid is een territorium van een soeverein landsheer, die in dat gebied de volle heerlijke (als in ‘heer’) rechten uitoefent. Het paar krijgt 5 kinderen.

Willem van Oranje

Op zijn 29e in 1576 wordt hij pensionaris van Rotterdam, de hoogste ambtenaar van de stad. Hij valt op door zijn werklust en intelligentie. Hij neemt deel aan verschillende onderhandelingen in de Staten van Holland en West-Friesland en wordt in 1579 gekozen voor de commissies financiën en marine van de Staten van Holland.

In 1581 ondertekenen de provinciën het Plakkaat van Verlatinghe waardoor Filips II wordt afgezet als vorst. De gevolgen zijn groot: wat begint als een opstand tegen de Spanjaarden, mondt uit in een oorlog. De Spaanse hertog van Parma verovert het ene na de andere gebied in de Zuidelijke Nederlanden. Ons land kan niet zonder heerser en op voorspraak van Willem van Oranje wordt onder anderen de hertog van Anjou gevraagd. Dit blijkt geen succes. De macht van Van Oldenbarnevelt groeit als hij in 1582 vertrouwenspersoon wordt van Willem van Oranje. Eerst is hij een soort regelneef voor de prins, maar al gauw wordt hij ook voor belangrijke aangelegenheden ingezet.

Johan Van Oldenbarnevelt

Plakkaat van Verlatinghe

Vruchtbare samenwerking tussen Johan van Oldenbarnevelt en prins Maurits

In 1584 vermoordt Balthasar Gerards Willem van Oranje in Delft. Van Oldenbarnevelt is er tegenstander van om opnieuw een buitenlander te vragen voor de functie van heerser van ons land. Uiteindelijk in 1588 wordt ons land daardoor een republiek. De politieke en strategische leiding valt in 1584 in handen van Van Oldenbarnevelt, de militaire leiding in handen van de zoon van Willem van Oranje, Maurits van Oranje. Op voordracht van Van Oldenbarnevelt wordt Maurits op 16-jarige leeftijd aangesteld als stadhouder. Van Oldenbarnevelt heeft een centrale rol in de regering en weet als geen ander beslissingen te nemen in een tijd waarin hij rekening moet houden met vele belangen. Maurits en Van Oldenbarnevelt hebben de Republiek in één van de meest moeilijke periodes van haar bestaan heen geloodst. Zij hebben het tij weten te keren in het voordeel van ons land tijdens de Tachtigjarige Oorlog.

Johan Van Oldenbarnevelt

Maurits van Oranje.

In 1586 wordt Van Oldenbarnevelt landsadvocaat en raadspensionaris van de Staten van Holland. Van Oldenbarnevelt breidt zijn macht uit. Hij leidt vergaderingen en bereikt dat niet de Raad van State maar de Staten-Generaal het hoogste bestuursorgaan wordt. Van Oldenbarnevelt heeft namelijk zitting in de Staten-Generaal. Zo wordt hij de machtigste man en kan niemand meer om hem heen.

Aanvankelijk verloopt de samenwerking tussen Van Oldenbarnevelt en de 20 jaar jongere Maurits dus voorspoedig. Zij vullen elkaar qua karakter goed aan, de bedachtzame Maurits en de strateeg Van Oldenbarnevelt die bereid is om risico’s te nemen. In 1588 vaardigen de Staten-Generaal de Deductie van Vrancken uit. Hierin wordt verklaard dat de macht over de Nederlanden ligt bij de steden en edelen en niet bij een soevereine vorst. Historici zien hierin het begin van de Republiek der Verenigde Nederlanden. In de 10 jaren daarop gaat het de jonge Republiek voor de wind. De economie bloeit op en de Republiek breidt zich uit door verschillende militaire overwinningen. Het leger van de Republiek groeit, op dat van Spanje na, uit tot het grootste en meest geavanceerde van Europa.

De relatie tussen de prins en de raadspensionaris bekoelt

In het begin van de 17e eeuw bekoelt de relatie tussen de prins en de raadspensionaris. De handelsvloten van Holland en Zeeland hebben geregeld last van kapers bij Duinkerke. Van Oldenbarnevelt wil het leger er naar toe sturen, Maurits is echter tegen, omdat hij het risico te groot vindt. Maurits doet wat zijn mentor hem opdraagt en trekt ten strijde. Het Spaanse leger wacht hem op bij Nieuwpoort, waardoor hem de weg naar huis wordt afgesneden. Maurits weet door zijn sublieme militaire inzicht de Slag bij Nieuwpoort op 2 juli 1600 in zijn voordeel te beslechten. Hij geraakt nooit in Duinkerke en keert woedend naar huis. Maurits vindt dat Van Oldenbarnevelt te grote risico’s heeft genomen en hierdoor het voortbestaan van de Republiek op het spel heeft gezet. Er ontstaat wrevel tussen de 2 en de relatie verslechtert in de daaropvolgende jaren. Door de oorlog met Spanje raken zowel Spanjaarden als de Nederlanden in financieel zwaar weer. Van Oldenbarnevelt wil daarom een wapenstilstand met de Spanjaarden, dit tegen de zin van Maurits. Hij wil doorvechten, omdat het Spaanse leger op dat moment als zwak is. Van Oldenbarnevelt krijgt zijn zin en 12 jaar lang zwijgen de kanonnen. Tijdens het Twaalfjarig Bestand groeit het conflict tussen Van Oldenbarnevelt en Maurits. Maurits begeeft zich meer en meer op het politieke vlak, het terrein van Van Oldenbarnevelt.

Johan van Oldenbarnevelt

Standbeeld Johan van Oldenbarnevelt in Den Haag.

Er ontstaat een protestantse geloofscrisis tussen 2 Leidse theologen, hetgeen de geschiedenis ingaat als de Bestandstwisten. Het geschil gaat over de vraag of de mens invloed kan uitoefenen tijdens zijn bestaan over wat er met hem gaat gebeuren na zijn dood. De theoloog Gomarus vindt dat de macht van God zo groot is dat de mens geen invloed heeft op zijn leven na de dood. De theoloog Arminius is van mening dat de mens de genade van God kan afwijzen en dus wel degelijk invloed heeft. Gomarus vindt dat Arminius zich te veel houdt aan de katholieke gebruiken. Er moet een oplossing komen, maar in de afwezigheid van een kerkelijk leider is de vraag wie die beslissing moet nemen.

Geloofskwestie wordt politiek conflict

Zo rond het jaar 1610 groeit de geloofskwestie uit tot een politiek conflict. De predikant Johannes Uytenbogaert dient een klaagschrift of remonstrantie in, zodat de aanhangers van Arminius de vrijheid krijgen zich aan de orthodoxe leer te onttrekken. De aanhangers van Gomarus, de contraremonstranten, eisen dat alle gelovigen zich bij de orthodoxe leer aansluiten. De remonstranten zijn meer republikeins, de contraremonstranten meer Oranjegezind. Van Oldenbarnevelt is voorstander van meerdere stromingen binnen het geloof en vindt dat de Staten boven het gezag van de kerk staat en dus mede kan bepalen welke stromingen er in de kerk heersen. Maurits is voorstander van de orthodoxe leer en voor eenheid binnen de kerk. Maurits besluit kerkdiensten te volgen bij de contraremonstranten in de Kloosterkerk die is gevestigd pal naast het huis van Johan van Oldenbarnevelt. Door de geloofskwestie ontstaan tegenstellingen binnen Holland en tussen de provinciën en breken er onlusten uit, waardoor een burgeroorlog kan ontstaan. Van Oldenbarnevelt geeft onder andere de steden van Holland het recht om huurlingen in te huren, om zo de schermutselingen de kop in te drukken. Hij doet dit in een resolutie uit 1517 en eist dat Maurits hem hierin volgt, omdat hij anders op een staatsgreep aanstuurt. Met de resolutie ondermijnt Van Oldenbarnevelt het gezag van de Unie van Utrecht, de Staten-Generaal en de bevelhebber van het leger, Maurits dus. En dat is voor Maurits onacceptabel.

Op gezag van de Staten-Generaal pleegt Maurits dan een staatsgreep. Hij laat Johan van Oldenbarnevelt en zijn medestanders, onder wie de rechtsgeleerde en schrijver Hugo de Groot, arresteren op 29 augustus 1618. Politieke tegenstanders worden ontslagen. Onder leiding van Reinier Pauw wordt een bijzondere politieke rechtbank ingesteld van 24 rechters. Deze rechters bevinden Johan van Oldenbarnevelt schuldig aan hoogverraad. Tot zijn stomme verbazing wordt hij ter dood veroordeeld. Groot protest blijft uit tegen de veroordeling, omdat Maurits intussen de remonstrantse bestuurders heeft vervangen en veel remonstranten het land hebben verlaten wegens vervolging. Van Oldenbarnevelt weigert een gratieverzoek in te dienen, omdat hij dan impliciet schuld bekent. Op 13 mei 1619 onthoofdt beul Hans Pruijm raadspensionaris en landsadvocaat Johan van Oldenbarnevelt op 71-jarige leeftijd op het Binnenhof in Den Haag.

Beroemde laatste woorden en nalatenschap

Op het schavot spreekt hij, leunend op zijn stokje, zijn beroemde laatste woorden uit: ”Mannen, gelooft niet dat ik een landverrader ben, ik heb oprecht en vroom gehandeld, als een goede patriot, en zo zal ik sterven.” Zijn echte laatste woorden zijn: ”Maak het kort, maak het kort”. Die zijn gericht aan zijn trouwe bediende Jan Francken, die afscheid van Van Oldenbarnevelt neemt en hem begeleidt op het schavot.

Johan Van Oldenbarnevelt

De onthoofding van Van Oldenbarnevelt.

Maurits komt dus als winnaar uit de strijd en is dan de militaire en politieke leider van de Republiek. Het doet zijn prestige echter geen goed. Hij blijkt niet de staatsman te zijn die Johan van Oldenbarnevelt kan vervangen. Het land gaat zowel op militair als op bestuurlijk gebied achteruit en de oorlog met Spanje barst weer los. In 1623 beramen 2 zonen van Van Oldenbarnevelt, Reinier en Willem, een moordaanslag op Maurits. Het plan lekt uit: Reinier wordt geëxecuteerd en Willem slaat op de vlucht. Het optreden van Maurits wordt gelaakt in 2 gedichten van Joost van den Vondel, “Het stokje van Oldenbarnevelt” en “Geuse-Vesper of Siecken-Troost voor de Vierentwintigh”. Van den Vondel krijgt een boete vanwege de kritiek op het optreden van Maurits.

Johan van Oldenbarnevelt kan worden gezien als één van Nederlands grootste staatsmannen ooit. Zijn politieke doortastendheid en zijn durf om risico’s te nemen in tijden van rampspoed heeft ons land gevormd zoals we het nu kennen. Nederland en het Huis van Oranje zijn door de gebeurtenissen in de geschiedenis niet meer van elkaar te scheiden. Van Oldenbarnevelt verliest het conflict met prins Maurits van Oranje en daarmee ook zijn plaats in die geschiedenis die hij verdient. Wellicht zijn er daarom in de loop der eeuwen zo weinig standbeelden geplaatst van Johan van Oldenbarnevelt in tegenstelling tot de Oranjes.

(Bron: Summa encyclopedie en woordenboek, Historischnieuwsblad.nl, Isgeschiedenis.nl, Historiek.net, Volkskrant.nl, Wikipedia.)

Lees ook: wordt Johan van Oldenbarnevelt na 400 jaar weer teruggevonden? 

Geef een reactie