Duur 05:19
Gepubliceerd op 5 april 2016

De lente is begonnen

Afgelopen weekend scheen de zon in Nederland volop. De lente is nu echt begonnen! Op 1 maart was de weerkundige lente echter al begonnen, maar er is ook nog zoiets als een astronomische lente. Hoe zit dat precies?

Weerkundige en astronomische lente

Meteorologische instanties en weerkundigen hebben met elkaar afgesproken dat de weerkundige seizoenen allemaal op de eerste dag van de maand beginnen. De lente begint weerkundig gezien dus op 1 maart. De astronomische lente daarentegen valt ieder jaar op een ander moment. Sterrenkundigen kijken om het begin van de lente te bepalen namelijk vooral naar de beweging van de zon ten opzichte van de aarde. Twee keer per jaar staat de zon precies boven de evenaar van de aarde: rond 20 maart en rond 22 september. Op die twee dagen krijgen het noordelijk en het zuidelijk halfrond van de aarde precies even veel zonlicht en duren dag en nacht overal op aarde even lang.

Startpunt

Het moment dat de zon loodrecht boven de evenaar staat is dus het startpunt van de lente. Dit moment is heel nauwkeurig te bepalen. De aarde draait in één jaar om de zon en staat een beetje scheef, daardoor is er tot op de minuut nauwkeurig één moment aan te wijzen waarop de zon precies boven de evenaar staat. Dit jaar is de lente op zondag 20 maart om 05.30 uur precies begonnen.

Temperatuurverschillen

Nederlandse zomers zijn warm en de winters zijn koud. Heeft dat ook te maken met de stand van de zon ten opzichte van de aarde? Of heeft dat een andere reden? Wetenschapsjournalist Govert Schilling heeft het antwoord: “’s Zomers is het inderdaad warmer dan ’s winters. De baan van de aarde om de zon is niet exact cirkelvormig, maar een klein beetje een ellips. Het ligt dan voor de hand om te denken dat de seizoenen ontstaan door de variërende afstand tussen aarde en zon: als de afstand klein is, is het hier warmer. En is de afstand wat groter dan gemiddeld, dan is het kouder. Maar dat is niet de oorzaak van de temperatuurverschillen in de seizoenen. Begin januari is namelijk de afstand van de aarde tot de zon het kleinst, maar juist dan is het bij ons op het noordelijk halfrond winter en kouder. In werkelijkheid is die variatie in afstand te klein voor grote temperatuurverschillen op onze planeet. De invloed van land/zee-verdeling en van zee- en luchtstromingen is veel groter.”

Geef een reactie

Bekijk ook

Meer