Duur 05:27
Gepubliceerd op 2 maart 2016

Passende zorg

Passende zorg is de kern van de geneeskunde. Over passende zorg met als thema ‘Niet alles wat kan, hoeft’ hield artsenfederatie KNMG een congres. De nadruk lag op het belang van het samen beslissen over wat het beste is om te doen. Artsen zitten vaak in de ‘behandelmodus’, maar zouden vaker in de ‘bezinningsmodus’ moeten zitten. Patiënten zijn gebaat bij verschillende opties om zo een afgewogen keuze te maken. Dat geldt voor een eenvoudige behandeling voor hoge bloeddruk, maar helemaal voor vragen rond het levenseinde.

Opvatting behandeling

Uit onderzoek door de KNMG blijkt dat patiënten hoge verwachtingen hebben van de geneeskunde. Ze maken andere keuzes rond het levenseinde dan artsen en verpleegkundigen. Ook blijkt dat artsen regelmatig behandelingen voorstellen waar zij zelf niet voor zouden kiezen. Dat hoeft op zich geen probleem te zijn: niet iedereen heeft dezelfde opvattingen over wat goed sterven is. Ook om die reden is het van belang om met de patiënt te bespreken wat hij of zij nog van belang vindt in de laatste levensfase.

Gezamenlijk besluit

Veel artsen hebben weleens aan een patiënt een mogelijk levensverlengende behandeling voorgesteld waar ze zelf niet voor zouden kiezen. Als dat voor deze persoon de beste manier is om ermee om te gaan, dan staat dit los van de mening van de arts. Het belangrijkste is om erover in gesprek te gaan en daar de tijd voor te nemen. Wat zijn de mogelijkheden, de voors en tegens? En wat betekent dit voor de patiënt? Wat zijn diens onderliggende wensen en welke verwachtingen heeft de patiënt van een behandeling als het gaat over de kwaliteit van leven en de resterende levensduur? Zijn die reëel? De antwoorden hierop vormen de basis voor het gezamenlijke besluit van de patiënt en de arts over wat te doen of wat niet meer te doen.

Dokters willen de patiënt de hoop niet ontnemen. Dat wordt ook wel coalitie van de hoop genoemd. Zo’n gesprek voeren is lastig en kost meer tijd dan weer een nieuwe behandeling starten. Vaak is men niet op de hoogte van nog andere kwalen van de patiënt, omdat er te veel specialisten bij de behandeling betrokken zijn. Er is dan onvoldoende oog voor de hele mens.

3 goede vragen

Niet alleen veel artsen en verpleegkundigen zijn inmiddels van mening dat kwaliteit van leven belangrijker is dan een langer leven, ook de patiëntenfederatie NPCF heeft een voorstel gedaan om voortaan altijd 3 goede vragen te stellen:

  • Wat zijn mijn mogelijkheden?
  • Wat zijn de voordelen en de nadelen van die mogelijkheden?
  • Wat betekent dat in mijn situatie?

Die vragen kunt u altijd aan de dokter stellen, bij elk probleem. Niet alleen bij het naderende levenseinde. Bij een mogelijke meniscusscheur, bij een kaakholte ontsteking, maar ook bij een bestraling of een chemotherapie voor terminale kanker. Bespreek het met de (huis)arts. De uiteindelijke keuze ligt altijd bij de patiënt. U kunt altijd iets doen of juist niet doen. Dat soort beslissingen zijn te belangrijk om aan de arts over te laten.

Dit onderwerp is besproken in Tijd voor MAX op 2 maart 2016.

Geef een reactie

Reacties (7)

    Ser says:

    Wat te doen bij falen artsen die mijn moeder geen enkele keer over haar levenseinde hebben geinformeerd met de zorg die erbij hoort. Ik moet nog op gesprek, maar heb totaal geen vertrouwen omdat organisatie gefaald heeft en ze nooit zullen toegeven dat dit nooit zo had hoeven verlopen in een land waar zgn alle zorg voorhanden is.
    Geld, tijd, wat is de reden dat ze mijn moeder aan haar lot met grote leugens hebben overgelaten? Ze is half jaar geleden overleden op verschrikkelijke wijze! En hiervoor heb ik ze gewaarschuwd (ik zag dat ze zeker geen 2j te leven meer had)…..6 weken!!!

      DokterTed says:

      Vreselijk als het zo loopt. Dokters willen graag hoop geven en patienten willen graag hoop houden, maar een goed gesprek over de mogelijkheden en de keuzes voor de patient zijn cruciaal om samen een goed besluit te nemen. En je kan het niet overdoen! Ik denk dat een gesprek met de behandelend artsen zeker kan helpen om die dingen te verduidelijken. Sterkte!
      Ted van Essen, huisarts

      Ser says:

      Dank u Dokter Ted!!! Heb ten tijde al aangegeven, waarom er niet standaard op elke afdeling in het ziekenhuis geen klinisch psycholoog/maatschappelijk werker meeloopt om de patient als mens ook in kaart te brengen ter verduidelijking aan de artsen voor aanpak/behandeling en benadering ‘Op Maat’ voor iedere patient met levensbedreigende diagnose. Dat gesprek ga ik samen met mijn vader aan met de oncoloog en de verschillende artsen die eigenlijk niets meer konden doen, doch wel beloftes gaven, ten onrechte! En juiste deze onterechte hoop heeft mijn moeder in een lijdensweg gebracht. De ‘Eed van Hippocrates’ is toch niet opgenomen om er hypocriet mee om te gaan?
      Ik hoop dat er in de medische zorg met Zorg aandacht wordt besteed aan dit tekortkomen. Denk dat de arts dan pas echt zijn kunde en kennis ten vollste benut zal gaan worden in ‘korrelatie’ met andere deskundigen. Krachten positief bundelen! In plaats van alles aan de patient overlaten die veelal niet meer in staat is, dan alleen op vertrouwen arts af te gaan. ”Een auto monteur moet ook niet aan een bakkersoven gaan sleutelen om zoete broodjes te gaan bakken”

    Renske 54 says:

    Met interesse gekeken, de 3 vragen heb ik gesteld aan de oncoloog (ik ben behandeld voor darmkanker 2 x geopereerd toch nog wat kankercelletjes in 1 lymfeklier) ik kreeg chemo aangeboden 1x per infuus en 14 dagen pillen slikken. Het is me goed uitgelegd maar wat me stoort dat er geen antwoord komt op mijn vragen of er ook alternatieven zijn. Ik heb man en kinderen ben nog maar 61 en wil nog wel even blijven leven, maar wat zijn er voor andere mogelijkheden. Complementair samenwerken met alternatieve opties wordt weggehoond. Ik vind het erg moeilijk, hoe staat u hier in?

      DokterTed says:

      Als u blijft twijfelen is een second opinion ook altijd mogelijk. Het probleem met complementaire methoden is dat die soms wel hoop geven, maar dat er geen enkel bewijs voor de effectiviteit van dat soort therapie bestaat. Het moeilijkste is nog dat er wel kansen zijn te geven, maar nooit zekerheid. Het kan zijn dat je zonder aanvullende behandeling nog lang leeft en met zo’n behandeling juist niet. Ook dokters moeten leren omgaan met onzekerheden.
      Ted van Essen, huisarts

    Silvya Magendans-van Zeist says:

    Beste dokter Ted,
    Graag wil ik een reactie plaatsen omtrent dit thema. Vorig jaar is bij mijn moeder op 84 jarige leeftijd eierstokkanker geconstateerd. Zij is in september overleden. Op het moment van constateren van deze ziekte was het al in de derde fase.
    Nu het volgende. Wij ook naar Nijmegen. Naar de specialist. Tijdens dat gesprek werd nog een ‘positief’ voorstel gedaan om te opereren. Tevens werd de verwachting mooier geschetst dan wat Google aangaf. Had uiteraard vooronderzoek gedaan.
    Ik heb de specialist toen gevraagd ‘wat had u geadviseerd als het UW moeder was?’.
    Toen kwam er toch een ‘ander gezicht’ tevoorschijn en een ander advies.
    Het was voor mij, ons ineens duidelijk.
    Achteraf gezien is die keuze ook het beste voor mijn moeder geweest. Zij is rustig overleden.
    Met vriendelijke groet,
    Silvya

      DokterTed says:

      Beste mevrouw Magendans,

      U geeft een prachtige illustratie voor dit onderwerp over passende zorg. Dokters vinden het moeilijk om op de handen te gaan zitten als er weinig hoop is. Onvoldoende geïnformeerde patiënten gaan daar makkelijk in mee. Hoop doet leven, immers. Ik denk dat uw moeder de goede keuze heeft gemaakt.

      Ted van Essen, huisarts

Bekijk ook

Meer