Duur 01:39
Gepubliceerd op 2 augustus 2016

‘Bij de Olympische Spelen is voor even de wereld één’

Erica Terpstra (73) deed tweemaal mee aan de Olympische Spelen, in Rome (1960) en in Tokio (1964). Bij haar laatste olympische optreden won zij een zilveren en een bronzen medaille. Ze leeft intens mee met onze sporters in Rio.

Begin jaren 60 is Erica Terpstra een gerenommeerd zwemster, gespecialiseerd in de 100 meter vrije slag. Na haar olympische prestaties wordt ze Europees kampioen in 1962 en meerdere malen Nederland kampioen. De voormalig zwemkampioene wordt na haar actieve sportcarrière sportjournaliste, staatssecretaris, Tweede Kamerlid en voorzitter van de sportkoepel NOC*NSF. Tegenwoordig is ze programmamaakster bij MAX met het populaire Erica op reis.

Wat is er veranderd ten opzichte van vroeger wat betreft de voorbereidingen van onze olympische toppers?
“Ach, er is zo veel veranderd in de loop der jaren. Vroeger waren de deelnemers amateurs, die zelf moesten uitmaken wat goed was en hopen dat de omgeving zo nu en dan wilde bijspringen. Tegenwoordig zijn onze sporters professionals met een stipendium en een heel leger aan wetenschappers met de allernieuwste wetenschappelijke inzichten.”

Is de begeleiding, zowel mentaal als lichamelijk, opzienbarend verbeterd?
“ja, dat is niet te vergelijken!”

Het doet Nederland dat in verhouding tot andere landen? Waar staan we?
“We zijn heel ver. We hebben niet voor niets een hoge ranking. In veel sporten zijn we leading en een inspirerend voorbeeld voor anderen.

Vergt het veel van onze topsporters om mee te doen op olympisch niveau?
“Deelnemers aan de Olympische Spelen komen uit alle hoeken van de wereld, maar hebben één ding gemeen: de droom om te pieken in Rio. Om die droom te realiseren, hebben ze vaak jarenlang enorme offers gebracht, dag in dat uit.”

Hoe kijk je er nu zelf tegenaan? Zou een jonge Erica weer die ambitie van toen hebben en mee willen doend aan de Spelen?
“Gigantisch veel. Wat ze allemaal doen, hun inzet en betrokkenheid. Fan-tas-tisch! Als ze dat later in het werkzame leven kunnen voortzetten, worden het ook daar toppers.”

En hebben onze sporters nog respect en waardering voor de ouder sporters van toen?
“Oh, ik mag nog graag mijn verhalen vertellen aan de sporters van nu. Na afloop volgt dan vaak de vraag: en reden jullie toen ook nog met de paardentram? Haha, vergis je niet, ik zwom mijn wedstrijden in een gebreid tricot. Wanneer ik na afloop het zwembad uitkwam, hing het kruis op mijn knieën! Niet te vergelijken met de gestroomlijnde pakken van nu.”

Hoe beleef je de Spelen binnenkort? Kijk je alles van Nederland op de televisie?
“Ik leef sowieso heel intens mee. Ik herinner me de Spelen van Beijing in 2008 nog goed. Inge Dekker, Ranomi Kromowidjojo (17 jaar!), Femke Heemskerk en Marleen Veldhuis zwommen de finale 4x 100 meter vrij en wonnen goud! Ik was in mijn tijd zelf ook de laatste zwemster, dus weet precies wat Marleen in die laatste meters doormaakte. Dan zie ik mezelf daar in dat water. Zó emotioneel, dat blijf je houden.”

En stuur je nog een mailtje of smsje als iemand een topprestatie levert?
“Zeker, als voorzitter van NOC*NSF heb ik natuurlijk veel jonge sporters meegemaakt die nu naar Rio gaan. Wielrenner Niki Terpstra bijvoorbeeld. Hij is overigens geen familie van me, behalve als hij wint! En zwemtalent Kira Toussaint. Ik kan me zo met haar identificeren. Wat goed is, komt heel snel. Zij onderstreept dat. Zelf kreeg ik voor mijn eerste Spelen in 1960 Rome ook een brief van een vrouw die zelf eerder op de Olympische Spelen had gewonnen. Ze wilde me succes wensen.”

Wat zou je willen zeggen tegen al die jonge sportieve landgenoten die Nederland gaan vertegenwoordigen?
“De Olympische Spelen zijn een voorrecht en zoiets waanzinnig moois om mee te maken, dat je daar alleen maar dankbaar voor mag zijn. Kijk goed naar de andere olympiërs, blank of getint, man of vrouw, arm of rijk: jullie hebben allemaal geknokt, kennen allemaal twijfels en delen dezelfde droom. Voor even is de wereld één, met jullie als wereldburgers.d at is een onvergetelijke ervaring. Geniet ervan!”

MAX Vandaag portretteert ter gelegenheid van de Spelen in Rio de trotse (groot)ouders van 10 olympische sporters. In de serie De Olympische genen van… ziet u onder anderen de vader en moeder van turner Epke Zonderland, die exclusief beeldmateriaal van hun zesjarige Epke tonen.

(Bron: MAX Magazine/Peter Contant en Thomas Schippers)

Geef een reactie

Reacties (3)

    oosterwijck says:

    Maak dat jezelf maar wijs. …. Competitie is nooit één. Competitie is oorlog.

    Artemisia says:

    Naar haar olympische prestaties… ?? …naar haar actieve sportcarrière sportjournaliste, … ?? Wanneer lukt het het Nederlandse journaille weer eens om foutloos – en met begrip van wat men wil meedelen – Nederlands te schrijven?? De lezer moet tegenwoordig vaak twee keer een zin lezen om te kunnen begrijpen wat de journalist nu eigenlijk wil zeggen.

      MAX Vandaag says:

      Beste Artemisia, hartelijk dank voor uw opmerkzaamheid. We hebben de tekst aangepast.

Bekijk ook

Meer