Toon Hermans introduceert de onemanshow in Nederland op 2 oktober 1955
Publicatiedatum: 1 oktober 2025
Op 2 oktober 1955, in 2025 70 jaar geleden, voert Toon Hermans zijn eerste onemanshow op, waarmee hij in Nederland de onemanshow introduceert. Sindsdien is het een vorm van theater dat door veel Nederlandse cabaretiers is overgenomen. Met zijn personages en mimiek bezorgt Hermans regelmatig het publiek de slappe lach. Hij wordt in 1999 uitgeroepen tot Artiest van de Eeuw.
Toon Hermans wordt op 17 december 1916 geboren in Sittard. Als hij 11 jaar is, overlijdt zijn vader, waardoor Herman, zijn moeder en zijn 3 broers moeten leven in armoede. Vanwege zijn wispelturigheid en vanwege de armoede stopt Hermans met de Mulo. Later zal hij zeggen dat juist die armoede hem heeft gedreven naar het leven als artiest. In het KRO-programma Andersdenkenden zegt hij hierover: “In zo’n klein stadje werd je door iedereen in die jaren gediscrimineerd. Je kon nergens aan meedoen. Ik had geen centen en kon niet naar de kermis; ik kon er alleen maar van veraf naar kijken. Zo’n kind gaat denken: ‘Ik ga naar het theater. Dan sta ik in het spotlicht en gaat het ook eens om mij.’” Hij krijgt verschillende baantjes en wordt opgeleid tot etaleur. Op zijn 14e schrijft hij zijn eerste liedje. Ook schrijft hij versjes en gedichten en op zijn 16e zijn eerste revue.
Geen cabaretier
In 1934 ziet Hermans de Haagse clown en revueartiest Johan Buziau optreden, één van de grootste komieken van Nederland. Hij komt in contact met Buziau die hem leert over timing en mimiek. Hermans noemt Buziau zijn “gids” tijdens de 75e verjaardag van de Haagse clown. Hermans heeft altijd gezegd geen cabaretier te zijn, maar een man van liedjes en praatjes.
Toch wordt Hermans met Wim Sonneveld en Wim Kan tot ‘De Grote drie van het Nederlandse Cabaret’ gerekend van na de oorlog. Hermans hierover in de NRC van 3 februari 1996: “Ik ben vooral een carnavalsgek en val niet onder het ca-ba-ret. Ik ben altijd in het rijtje gezet van Sonneveld en Kan. Maar ik had geen enkele affiniteit met ze. Ik mocht die mensen graag – en zij mij ook – maar ik ben toch een andere mens. Ze zijn prachtig hoor, al die cabaretiers, maar het raakt me voor geen cent. Geef mij maar een gewone stomme bak zoals ze dat in Limburg kunnen. Moppen uit Limburg, die kin ich gaar nit vertaole. Dat is een andere geaardheid. Ik heb wel eens gezegd: ‘Als ik Limburgs spreek dan proef ik champagne, als ik Nederlands spreek sinaasappelsap.’” Hij zegt in 1999 tijdens de uitreiking van de Edison van de Eeuw niet de geschiedenis in te willen gaan als cabaretier. Hermans: “Wim Ibo heeft mij eens ‘volkshumorist’ genoemd. En dat ben ik. Dat zal ik blijven zolang als ik leef.”
Nadat hij in 1942 in Heerlen een talentenjacht wint, vertrekt Hermans naar Amsterdam om daar zijn geluk te beproeven. Hij treedt op met liedjes in de stijl van Louis Davids en een imitatie van Buziau in het Leidsepleintheater. Hermans neemt in 1947 zijn eerste liedjes op, zoals Ik ben Jansen en Trammen. Hij levert bijdragen aan het succesvolle radioprogramma van de AVRO, De Bonte Dinsdagavondtrein. Ook treedt hij op in verschillende revues.
Toon Hermans ontdekt de onemanshow
In Frankrijk en in de Verenigde Staten zijn er dan al onemanshows: een optreden van 1 man met humoristische monologen en liedjes. Zo maken in Frankrijk zangers als Maurice Chevalier, Yves Montand, Charles Trenet en Gilbert Becaud zo’n voorstelling. In de Verenigde Staten doet komiek, zanger en acteur Danny Kaye hetzelfde. Hermans reist door de Verenigde Staten en ziet daar voor het eerst een onemanshow. Na het bijwonen van een optreden van Yves Montand wil hij ook een onemanshow maken.
In een interview met het AD noemt Hermans nog een andere aanleiding hoe hij op het idee voor een onemanshow is gekomen: “Met mijn gezelschap speelde ik het programma Zaza in de Kleine Komedie. In het Centraal Theater werden zogenaamde pauzevoorstellingen gehouden, die door journalisten waren georganiseerd. Steeds trad iemand op in z’n dooie eentje. Er werd gevraagd of ik ook eens zo’n pauzevoorstelling wilde geven. Zo’n half uur, meer hoefde niet. ‘Dat kan ik niet’, zei ik. Want ik had nog nooit in m’n eentje een half uur achter elkaar gewerkt. Toen zei iemand: ‘Veeg dan alles wat je hebt bij elkaar.’ Toneelmeester Van Lieshout van de Kleine Komedie ging met me mee. Na afloop zei hij: ‘Ik heb je nog nooit zo goed gezien.’ Ik zei later tegen Rietje (zijn vrouw, red.): ‘Weet je wat die gekke Van Lieshout vanmiddag tegen me zei? Toon, ik heb je nog nooit zo goed gezien.’ Toch schijn ik te hebben beseft dat deze man een instinct had voor wat goed of slecht is, zoals veel meer mensen die achter de bühne werken dat bezitten. Toen was in feite de onemanshow geboren.”

Toon Hermans met zijn vrouw Rietje
Voor u Eva
Op 2 oktober 1955 is de eerste voorstelling van de eerste Nederlandse onemanshow, Voor u Eva, in het Sanatorium Hoog Laren. Het is een deels bedacht en deels geïmproviseerd programma met conferences, mimiek, absurde verhalen en liedjes. De patiënten van het sanatorium liggen dubbel van het lachen. Eén zou zelfs uit zijn bed zijn gevallen van het lachen. Het is een ongekend succes in de theaters. Hermans zal tot en met 1997 nog 12 onemanshows maken, waarmee hij veel succes boekt.

De echte doorbraak voor Hermans en zijn onemanshow is in 1958, als de AVRO zijn tweede onemanshow op de televisie uitzendt. Meer dan 2 miljoen Nederlanders krijgen de slappe lach bij conferences als De sprekert en De stoel van m’n zuster. Hij zingt tevens zijn beroemd geworden liedjes Méditerranée en Ballonnetje. Hermans groeit uit tot een nationale bekendheid en zijn voornaam is voortaan genoeg om te weten over wie we het hebben.
“Leg neer die bal” en “roepieroepie”
Uitdrukkingen, woordspelingen en taalgebruik van Hermans vinden hun weg naar de Nederlandse taal. In High Society uit 1965 heeft hij het over een ‘livreier’, die hem erop betrapt als hij een gehaktbal in zijn zak wil stoppen. Hermans: “Leg neer die bal. Ik leg die bal neer. Scheidsrechter erbij, u weet hoe dat gaat.” Leg neer die bal is sindsdien een veelgehoorde uitdrukking.
Hermans imiteert verzonnen tropische vogels in De ornitholoog uit 1980. Na veel bekkengetrek brengt hij onder andere het geluid van de kroet, de witte en de zwarte roepieroepievogel en de poelifinario ten gehore. Veel Nederlanders hoor je in die tijd zomaar “roepieroepie” schreeuwen. Het wordt ook onderdeel van een radioprogramma van Veronica, waarin de eerste beller die de roep van de roepieroepie hoort, een prijs wint. Naar de poelifinario is een cabaretprijs vernoemd, die wordt uitgereikt door de Vereniging van Schouwburg- en Concertgebouwdirecties voor het meest indrukwekkende cabaretprogramma van het seizoen.
“Doif is dood”
Het is een grote kunst om het publiek dubbel te laten liggen van het lachen door het minutenlang over helemaal niets te hebben. Bij de meeste anderen zou het vervelend worden, bij Hermans kan het niet lang genoeg duren. Van niets iets maken is zijn grote kracht. Een mooi voorbeeld hiervan is de conference De voorzitter van Ons Genoegen uit de onemanshow van 1979-1980. Hermans speelt een voorzitter, die aankondigt dat de vereniging Ons Genoegen is uitgebreid met 12 nieuwe leden. Hermans leest de hele lijst voor, keer op keer. “Mevrouw Zwaarmakers, mevrouw Deegroller, mevrouw Stip, mevrouw Hak, mevrouw Loofhutjes”, waarbij hij na de 1e klemtoon een lange pauze laat vallen. Het publiek komt niet meer bij van het lachen. Ze roepen ze na de 3e keer gierend alle namen mee.
Hermans kan prachtig een stuntelende artiest uitbeelden die een auditie doet. In De auditie uit 1967 speelt hij een oudere goochelaar Hartman met een Duits accent, die auditie doet bij een zeer ongevoelige producent, Jack Bemelmans genaamd. Van wie alleen diens dwingende stemgeluid is te horen. Aan het begin van de oorlog heeft hij een uitgebreid nummer met 12 konijnen en 24 ‘doiven’. Hermans: “Maar ja, toen is de hongerwinter gekomen, niet waar … Toen heb ik min of meer mijn eigen nummer opgegeten.” Al zijn trucs mislukken. Aan het einde van de conference wil hij een truc doen met een duif. Maar helaas is de duif overleden. Hermans beteuterd: “Doif is dood. De doif heeft te lang in het zwarte doosje gezeten.” Hermans houdt liefkozend de gestorven duif in zijn handen terwijl het publiek dubbel ligt van het lachen.
In 1980 doet Hermans in de gedaante van Frits Verkade een andere auditie bij dezelfde producent. Hij zingt het lied Wat ruist er door het struikgewas? Maar hij is zijn tekst kwijt. Hermans: “Wat ruist er door het struikgewas? Het is een eh…, eh… . Potverdorienogeensaantoezeg.” Hij begint keer op keer opnieuw en al gauw zingt het publiek lachend met hem mee.
Snieklaas
Armoede is vaak een thema in de conferences van Hermans. In Snieklaas uit 1974 vertelt hij over de sinterklaasviering bij hem thuis. Hij krijgt echter nooit een cadeau van de goedheiligman, waardoor Hermans Snieklaas niet mag. Hermans: “Ik mag die man niet, die hele Snieklaas niet. Vervelend persoon.” Snieklaas heeft een sprei om. Hermans: “En ik kende die sprei. Die was uit de voorkamer. Die lag daar altijd op tafel. Je kon op zijn rug precies zien waar de asbak gestaan had.” Het publiek giert het uit. Komedie en tragedie in 1 conference.
Toon Hermans, de vader van de Nederlandse onemanshow
Toon Hermans mag dus de ‘vader van de Nederlandse onemanshow’ worden genoemd. Andere artiesten zoals Seth Gaaikema, Paul van Vliet, Bert Visscher, Theo Maassen, Herman Finkers, Freek de Jonge, Youp van ’t Hek, Brigitte Kaandorp, Lenette van Dongen en Hans Teeuwen zullen zijn voorbeeld later volgen.
Toon Hermans artiest van de Eeuw
Na het overlijden van zijn vrouw Rietje wordt de toon van de shows van Hermans serieuzer. Hij heeft veel verdriet en mist haar erg. Hermans heeft regelmatig moeite om liefdesliedjes te zingen en barst soms in snikken uit tijdens bijvoorbeeld het lied Lente me dat hij voor zijn vrouw heeft geschreven. In 1997 neemt Hermans afscheid van het theater. Hij brengt nog 2 prachtige liedjesalbums uit, waarvan de laatste, Als de liefde, postuum verschijnt. In 1999 wordt hij uitgeroepen tot de Artiest van de Eeuw. Clown, dichter, zanger en levenskunstenaar Toon Hermans overlijdt op 22 april 2000.

(Bron: Trouw.nl, NPOradio5.nl, Resources.huygens.knaw.nl, Zwartekat.nl, Wikipedia. Foto’s: ANP)
Geef een reactie
U moet inloggen om een reactie te kunnen plaatsen.





Wat een leuk artikel!!!
Chapeau en een fijn weekend allemaal!